Ook de verplichte verzekering van motorvoertuigen is een uitvloeisel van Europese regelgeving. Daarom is de volgende beslissing van het Europese Hof ook van belang voor bijvoorbeeld verzamelaars van nog rijklare auto’s.

Wat gebeurde er. Een Portugese dame, die om medische redenen geen gebruik meer maakte van haar auto, had deze thuis gestald maar niet uit het verkeer genomen. Op enig moment in 2006 ging haar neef daarmee joyrijden, en veroorzaakte met die niet-verzekerde auto een dodelijk ongeval.

Het Portugese equivalent van ons Waarborgfonds moest uitkeren en zocht vervolgens verhaal, onder meer op de tante als eigenaar van de niet-verzekerde auto. Daarbij kwam aan de orde of de eigenaar van een motorvoertuig verplicht is een verzekering te nemen, ook als de auto daadwerkelijk niet meer wordt gebruikt.

De eerste rechter nam aansprakelijkheid aan, zoals dat ook geldt bij een gestolen auto, als de eigenaar onvoldoende zorg heeft betracht. In hoger beroep werd geoordeeld dat de verzekeringsplicht niet geldt voor auto’s waarvan de eigenaar besluit niet meer aan het verkeer deel te nemen. In cassatie besloot de hoogste Portugese rechter een prejudiciële vraag aan het Europese hof te stellen.

Op 4 september 2018 oordeelde het Europese Hof dat onder de Europese regels een verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid verplicht is, wanneer de auto in kwestie:

  • nog steeds in een lidstaat is ingeschreven, en
  • geschikt is voor de weg,

ook als de eigenaar niet van plan is er nog mee te rijden en de auto heeft gestald op een privéterrein.

Daarnaast besliste het Hof dat bij gebreke van die verzekering het “waarborgfonds” verhaal kan nemen op de eigenaar van die onverzekerde auto, ook als die niet wettelijk aansprakelijk is voor het ongeval.